Theosophical University Press Agency

Twee prachtige theosofen uit de 18de eeuw

Mary G. Langford

Veel is in deze eeuw over theosofie geschreven, en dat geldt nog meer voor onze tijd. Er bestaan talloze hedendaagse interpretaties die voortkomen uit loten van de in de negentiende eeuw geschreven Geheime Leer die in 1888 is verschenen. In ons zoeken naar de zin van de dingen raken we verstrikt in een brij van woorden, waardoor vaak grote misverstanden over de aard van die dingen ontstaan.

Omslag Theosophic CorrespondenceToevallig kwam ik een boek tegen met de theosofische briefwisseling die Louis Claude de Saint-Martin en Kirchberger, Baron de Liebistorf1, tussen 1792 en 1797 met elkaar voerden, en die voornamelijk betrekking had op de diepzinnige werken van de Duitse mysticus Jacob Boehme die leefde van 1575 tot 1624. Terwijl ik de inhoud van deze brieven las en erover nadacht, werd ik gegrepen door de eerlijkheid achter de woorden, en door de eenvoud van de diepdoordachte uitspraken over zaken die de menselijke geest bezighouden – in het verleden, het heden en de toekomst. De brieven zijn doordrongen van de integriteit van twee ontwikkelde staatslieden met grote verantwoordelijkheden, die ernaar streefden het geestelijke aspect van het plan van de dingen te begrijpen. Als men de brieven leest, ziet men hoe zich een hechte vriendschap ontwikkelt wanneer ze elkaar raadplegen en op elkaar reageren over duistere passages in het werk van Boehme, dat op dat moment door Saint-Martin in het Frans werd vertaald, terwijl de baron bezig was het werk van Saint-Martin in het Duits te vertalen. Tegelijk bekwaamde elk zich in de moedertaal van de ander.

Het verbaast me dat de briefwisseling tijdens de woelige tijden van de Franse Revolutie werd voortgezet, maar dat de gekte ervan niet in hun brieven doorwerkt. Ondanks de beproevingen in hun persoonlijke leven en de politieke omwentelingen waardoor beiden in hun respectieve verantwoordelijke positie ingrijpend werden beïnvloed, besteedden deze vriendelijke edellieden hun vrije uren aan een toegewijd zoeken naar geestelijke uitgangspunten. Deze kwaliteiten klinken door in hun geschreven woorden als ze de nadruk leggen op de theosofische stelling dat het heelal fundamenteel één geestelijke entiteit is (‘de werkzame intelligente oorzaak’) waarvan de wetten en patronen zich in de wereld van de natuur weerspiegelen. Als microkosmos van de natuur bevat de mens het zaad van geestelijke groei in zich. Het is onze taak dit zaad (het ethische stelsel om tot evenwicht en tot de juiste verhoudingen te komen) in onszelf te ontdekken en tot ontwikkeling te brengen. Hoe eenvoudig, maar hoe moeilijk om in de praktijk te brengen. Toch is het leven van deze twee mensen een voorbeeld ervan.

De briefwisseling begon in 1792 door de Zwitser Kirchberger, die was getroffen door Saint-Martins werk Des erreurs et de la vérité (Over fouten en de waarheid). Saint-Martin had, voor hij Boehme in het Frans vertaalde, uitgebreid over occulte aangelegenheden en stelsels geschreven. Hij schreef anoniem en in Europa werd hij ‘de onbekende filosoof’ genoemd.

Om vertaler te kunnen zijn is verbeeldingskracht (wat niet hetzelfde is als fantasie) nodig, en een poëtische gevoeligheid voor de achterliggende gedachte van het origineel. Er bestaan dus van diepzinnige werken talrijke vertalingen, zoals er vele interpretaties zijn van een partituur. Elke vertaler-vertolker werpt zijn eigen licht op het onderwerp. Hoe groter zijn licht, hoe groter het licht dat op het werk wordt overgebracht. Edward Burton Penny uit Topsham in het Engelse Devon vertaalde en redigeerde deze theosofische briefwisseling tussen Saint-Martin en Kirchberger in 1863 – meer dan honderd jaar geleden. We hebben aan hem een nieuwe schakel te danken in de gouden keten van overbrengers van de oude wijsheid.

Enkele dagen voor zijn dood zei Saint-Martin tot zijn vriend J.B.M. Gence2, ‘Ik voel dat ik zal gaan. De voorzienigheid roept me. Ik ben gereed. De zaden die ik heb geprobeerd te zaaien, zullen vruchten dragen.’

Noten

  1. Theosophic Correspondence (1792-1797), vertaald uit het Frans [in het Engels] door E.B. Penny, 1863; verbatim herdruk, Theosophical University Press, Pasadena, 1983; isbn 9780911500622, gebonden. Verkrijgbaar bij TUPA.
  2. The Unknown Philosopher, een biografie van L.C. de Saint-Martin, door A.E. Waite.

Theosofen, theosofie, Het Theosofisch Genootschap


Uit het tijdschrift Sunrise jul/aug 1997

© 1997 Theosophical University Press Agency