HPB: Het bijzondere leven en de invloed van Helena Blavatsky / Sylvia Cranston, Carey Williams (research assistent)

bestel boek

Tweede, herziene druk 2008

© 2008  Theosophical University Press Agency, Den Haag

 

      Inhoudsopgave     

 

11 – Wijkende kimmen

 

De jaren 1845 en 1846, toen Helena veertien en vijftien jaar was, waren tijden van zorg en onrust voor de familie Fadjejev. Grootvader Andrej werd als gouverneur van Saratov vervangen. Omdat zijn toekomst onzeker was, bracht hij maanden door in St. Petersburg in een poging herbenoemd te worden. Een oude vriend, vorst Vorontzov, onderkoning van de Kaukasus, kwam hem te hulp en benoemde hem tot rijksthesaurier van het nieuw veroverde land dat daarvóór aan de Turken toebehoorde, en vóór hen aan de Iraniërs. Later heeft hij andere posities bekleed.

Het was voor de familie een beproeving om hun geliefde Rusland te verlaten en naar dat ‘heidense Azië’ te gaan, zoals sommigen het noemden. De reis erheen was gevaarlijk en voor een deel van het traject was een gewapende escorte nodig. In de Kaukasus waren honderdduizend Russische soldaten gelegerd om de grenzen te beschermen en weerstand te bieden tegen de Circassische bergbewoners die de bevolking teisterden.80 Ongeveer twintig jaar later schreef Helena’s oom Rostislav Zestig jaar Kaukasische oorlogen, een klassieke bron over de oorlogen en de vele etnische en religieuze groepen die in dit exotische halftropische land met zijn schitterende vegetatie en prachtige met sneeuw bedekte bergtoppen woonden. Na verloop van tijd vormden deze wonderen en boeiende overblijfselen van oude Iraanse en Islamitische cultuur een trekpleister voor zulke vooraanstaande personen als Poesjkin, Tolstoj, Tsjechov en Tsjaikovski.81

De grootouders en de jonge Nadja verlieten Saratov het eerst om voorbereidingen te treffen voor de anderen die na hen kwamen. Bij het naderen van Astrakan aan de monding van de Volga, verzamelden zich menigten Duitse immigranten, die zich Andrej herinnerden wegens zijn onkreukbaarheid en rechtvaardig handelen tien jaar daarvoor, om hem te begroeten telkens als de boot aanlegde om brandhout en voorraden in te laden.

Na weken over zee en land te hebben gereisd, bereikte het gezelschap zijn bestemming, de hoofdstad van Georgië, Tiflis, dat nu Tbilisi wordt genoemd. De achtergeblevenen waren heel bezorgd in afwachting van berichten over hun veilige aankomst, want het duurde maanden voordat men een brief ontving.

Er ging bijna een jaar voorbij voordat de kinderen Von Hahn, hun tante Katharina, haar echtgenoot Joeli de Witte en hun twee zoontjes met de anderen werden herenigd. Intussen hadden ze zelf een paar nieuwe ervaringen opgedaan.

De zomer en de herfst werden aan de andere kant van de Volga doorgebracht, waar de oom van de kinderen, Joeli, een grote rijksboerderij beheerde. Vera schreef:

Die uitgestrekte steppen aan de andere kant van de Volga zagen er zo groen, grenzeloos, rustig, vredig en heerlijk uit voor ons kinderen die niet gewend waren aan het echte leven op het platteland. . . . Er waren geen gasten of lawaaierige bijeenkomsten van vrienden, geen vuurwerk, acrobaten, of muziek, waarmee we de laatste jaren in Saratov waren beziggehouden. Het eenvoudige plattelandsleven met zijn werk op de boerderij en op de akkers, waarvan we nooit enig idee hadden gehad, was ons nu heel nabij. . . . Helena, meegesleept door haar fantasieën, gaf me het idee dat we ‘nu heel gewone meisjes’ waren en dat onze oom ‘een gewone boer’ was, net als ‘Boer Gray’ in het Engelse verhaal met die titel.

De kinderen waren overweldigd door ‘de eenvoudige, gezonde kracht’ van hun nieuwe leven.82

Toen het winter werd, verhuisden de families weer naar Saratov, niet naar het ruime landhuis van de gouverneur, maar naar een klein huisje met kamers die op kasten leken. Helena klaagde, ‘Dit is echt armoede!’ Bedroefd liepen de jongelui langs hun oude huis, dat nu door de nieuwe gouverneur werd bewoond.83

In mei 1847 brak eindelijk het moment aan om naar Tiflis te gaan. In haar memoires geeft Vera een boeiend verslag van hun gedenkwaardige reis en van de eerste jaren die zij in de Kaukasus doorbrachten.84

Het eerste huis waarin de families woonden was een pas gebouwde, prachtige woning in een buitenwijk van de stad, het eigendom van een Armeense koopman. Na een jaar verhuisden ze naar een landhuis dat vroeger toebehoorde aan vorst Tsjavatsjavadze. Hier hebben de families Fadjejev en de Witte twintig jaar gewoond. Ze keerden terug naar Odessa nadat de grootouders en oom Joeli waren overleden.

Tiflis was in de zomer een hel, en wie daartoe de gelegenheid had, week uit naar de bergen. De kinderen Von Hahn met hun oudere familieleden bezochten daarom gedurende de volgende paar jaar de vele vakantieverblijven in de bergen en de minerale bronnen waar de Kaukasus om bekendstaat.85 Vera vertelt hoe Helena, Nadja en Katharina en haar echtgenoot tijdens een reis een keer ternauwernood aan de dood ontsnapten: ‘Vroeg in de zomer beginnen de sneeuwmassa’s op de toppen van de reusachtige bergen van de Kaukasus te smelten en soms storten ze in, waardoor ze wegen versperren en ongelukkige reizigers bedelven. In die jaren kwamen honderden mensen om bij ongelukken in de bergen.’ Bij deze gelegenheid zag de familie een lawine van de Majorsjapiek naar beneden komen, waarvoor ze gelukkig bespaard bleven: ‘Gelukkig had oom Joeli medelijden met de uitgeputte paarden die de koets de Kaisjtsjaurhelling hadden opgetrokken, en gaf ze een korte rustpauze.’ Daardoor ontsnapte het gezelschap er maar net aan om in een afgrond in de bergen te worden begraven.86

 

 


HPB: Het bijzondere leven en de invloed van Helena Blavatsky, blz. 34-6

© 2008  Theosophical University Press Agency
Daal en Bergselaan 68, 2565 AG Den Haag