HPB: Het bijzondere leven en de invloed van Helena Blavatsky / Sylvia Cranston, Carey Williams (research assistent)

bestel boek

Tweede, herziene druk 2008

© 2008  Theosophical University Press Agency, Den Haag

 

      Inhoudsopgave     

 

12 – De wegen gaan uiteen

 

Het zestiende jaar van Helena Petrovna schijnt een overgangsperiode in haar leven te zijn geweest. Sinds die tijd, zo beweerde ze, ‘heb ik altijd een dubbel bestaan geleid, dat zelfs voor mezelf geheimzinnig en onbegrijpelijk was, totdat ik voor de tweede keer mijn nog veel geheimzinniger Indiër ontmoette.’87 Ze had tot dan toe een actief sociaal leven geleid, hield van dansen en feestjes bijwonen.88 Mw. Jermolov, de vrouw van de gouverneur van Tiflis, vertelde een vriend H.F. Pissarev dat Helena ‘een talentvolle en heel eigenzinnige jongedame was’. Pissarev voegt eraan toe: ‘Degenen die haar in haar jonge jaren kenden, herinneren zich haar met genoegen – onwrikbaar, onstuimig, vrolijk en sprankelend met spitse humor en geestige conversatie. Ze hield ervan grappen te maken, te plagen en opschudding te veroorzaken.’89 Maar nu was Helena meer dan ooit verdiept in de mystieke boeken in de bibliotheek van haar overgrootvader. Omstreeks deze tijd ontmoette ze iemand met wie ze zulke onderwerpen kon bespreken: vorst Alexander Golitsin, de oudste zoon van een oude vriend van de familie Fadjejev, vorst Vladimir S. Golitsin, een neef van de vrouw van de onderkoning. Vera zegt dat Alexander het huis van haar grootouders geregeld bezocht. In een recent artikel ‘Russische wegen tot de theosofie’ noemt dr. Dimitri L. Spivak van de Academie van Wetenschappen van de USSR vorst Alexander een ‘beroemd vrijmetselaar en mysticus’. Na enkele maanden verliet de vorst Tiflis, en het is niet bekend of HPB hem ooit weer heeft ontmoet.90

Alexander was kennelijk een man met ruime ervaring, opgedaan in gebieden waar Helena zo graag op onderzoek wilde gaan, zoals de heilige plaatsen in Griekenland, Egypte, Iran en zelfs India. Voor iemand met haar voorliefdes moest het bekrompen leven en de conventionele verplichtingen die in die tijd aan vrouwen werden toebedeeld wel verstikkend zijn. Toen gebeurde er plotseling iets dat haar – zo scheen het aanvankelijk – meer dan ooit aan een beperkt bestaan zou binden.

In de winter van 1848-49 verbijsterde de nu zeventienjarige Helena haar familie met de aankondiging dat ze verloofd was. Nog verrassender was haar keus van een echtgenoot. Nadja lichtte toe hoe de verloving tot stand kwam: ‘Helena werd op een dag door haar gouvernante uitgedaagd een man te vinden die, gezien haar aard en instelling, haar echtgenoot zou willen zijn. Om haar spotternij kracht bij te zetten zei de gouvernante dat zelfs de oude man die ze zo lelijk vond en om wie ze zo had gelachen, en die ze een ‘raaf zonder veren’ had genoemd – dat zelfs hij ervoor zou bedanken haar als vrouw te hebben! Dat was genoeg: drie dagen later kreeg ze hem zover een aanzoek te doen.’91

Kort daarop probeerde Helena, bang voor wat ze had gedaan, haar familieleden ertoe te bewegen het huwelijk tegen te houden. Ze weigerden, en haar grootmoeder was te ziek om tussenbeide te komen.92 Toen vroeg ze haar verloofde om haar haar vrijheid te geven: ‘Je begaat een grote vergissing als je met me trouwt. Je weet heel goed dat je oud genoeg bent om mijn grootvader te zijn.’ Haar pleidooi hielp niet. In wanhoop liep Helena van huis weg, maar na een paar dagen keerde ze terug. Waar ze was geweest weet niemand, maar haar afwezigheid stimuleerde roddelaars, en haar familie was er meer dan ooit op gebrand haar te laten huwen en een geregeld leven te laten leiden. Tot hun verwondering verzette ze zich niet langer. Het begon haar duidelijk te worden, zo vertelde ze intieme vrienden, dat ze als getrouwde vrouw bevrijd zou zijn van het voortdurende toezicht waaraan ongetrouwde meisjes en vrouwen van aristocratische families toen waren onderworpen.93

Op 7 juli 1849, kort voor haar achttiende verjaardag, trad Helena in een kleine stad dichtbij Jerevan in het huwelijk met Nikifor Blavatsky.94 Het was een gala-aangelegenheid en er kwamen veel bruiloftsgasten uit Tiflis. Er waren ook twintig dappere Koerdische ruiters, die Nikifor hadden vergezeld om zijn aanstaande echtgenote te ontmoeten, toen ze hoorden dat hun vroegere gouverneur in het huwelijk zou treden.95

Die ochtend, vertelt Nadja:

had men met klem geprobeerd haar te doordringen van de ernst van het huwelijk, van haar toekomstige verplichtingen en haar plichten tegenover haar echtgenoot en het huwelijksleven. Een paar uur later hoorde ze bij het altaar de priester tegen haar zeggen: ‘U zult uw echtgenoot eren en gehoorzamen’, en bij dit gehate woord ‘zult’ zag men haar gezicht rood aanlopen van boosheid en dan doodsbleek worden. Men hoorde haar tussen op elkaar geklemde tanden als antwoord mompelen – ‘Dat zal ik zeker niet.’96

Vera besluit het verhaal:

Op dezelfde dag, na de receptie, vertrok het pas getrouwde paar naar Daitsjitsjag, de zomerresidentie in de bergen voor alle functionarissen uit Jerevan. Ze reden te paard de Bezobdal-helling op, langs een steil zigzagpad. Behalve door hun exotische gevolg [van Koerden] werden ze vergezeld door vele bruiloftsgasten. . . . Toen ze de laagste bergkam bereikten, stopte iedereen; Helena wuifde naar ons met haar zakdoek en de Koerden hieven hun gevederde speren op om ons vaarwel te zeggen, sommigen schoten in de lucht – en de stoet was verdwenen.

Ik barstte in tranen uit. Mijn zuster en ik waren door het verschil in leeftijd en persoonlijkheid nooit heel goede vrienden geweest; maar we waren altijd erg op elkaar gesteld. Onze wegen gingen hier voor het eerst uiteen en het was droevig . . . het einde van mijn jeugd en jongemeisjesjaren, van alles waarvan ik had gehouden en dat me dierbaar was en waarvan ik dacht nooit te hoeven scheiden.97

Het scheen Helena toe dat het een afscheid voor altijd van haar dierbare familie zou kunnen zijn. Diezelfde dag nog nam ze zich voor aan Nikifor te ontsnappen en Rusland te verlaten via de Iraanse grens. Een Koerdische soldaat werd ogenschijnlijk overgehaald met haar plan mee te werken, maar in plaats daarvan vertelde hij het haar echtgenoot. Daarna werd ze zorgvuldig bewaakt.98

Tijdens de drie maanden die het echtpaar samenleefde, was er meestal een gevecht tussen strijdende willen gaande, waarbij Nikifor zijn huwelijkse rechten opeiste en Helena die weigerde. De eerste twee maanden werden doorgebracht in Daitsjitsjag (‘het land van bloemen’). Het echtpaar kreeg eind augustus bezoek van de grootouders, Nadja en Katharina, waarna iedereen naar Jerevan ging.99 Hier bracht Helena de laatste maand met haar echtgenoot door, die nu waarnemend gouverneur van de provincie was, en als zodanig woonden ze in het legendarische paleis van Sardar, waar vroeger de Turkse heersers verbleven.

Het overheersende punt in het landschap rond Jerevan was de uit de bijbel bekende berg Ararat, die in de verte lag. Vergezeld door haar bewaker, het Koerdische stamhoofd Sahar Ali Bek – van wie HPB zegt dat hij eens haar leven heeft gered – stak Helena verschillende keren de Turkse grens over en reed ze te paard om de berg heen.100

De verhouding met Nikifor werd slechter terwijl de weken zich voortsleepten en op een dag in september ontglipte Helena aan haar bewaker en reed terug naar Tiflis – wat in die roerige tijden een gevaarlijke reis was voor een vrouw alleen te paard. ‘Ik hield me schuil bij mijn grootmoeder’, schreef ze. ‘Ik zwoer dat ik mezelf zou doden als ik werd gedwongen terug te keren’ naar Blavatsky.101

Sinnett hoorde van HPB dat ‘er familieraden werden gehouden en dat er werd besloten dat de onhandelbare bruid naar haar vader zou worden gezonden’. Er werd afgesproken dat hij haar in Odessa zou ontmoeten, en ze werd weggezonden onder de hoede van een oude bediende en een kamermeisje om in Poti, een haven aan de Zwarte Zee, aan boord van een stoomschip te gaan dat haar naar haar bestemming zou brengen. Maar Sinnett schrijft:

Haar wanhopige hartstocht voor avontuur, én de vrees dat haar vader zou kunnen proberen de gebroken schakels van haar huwelijksband te herstellen, brachten haar ertoe een verandering in dit programma uit te denken. Ze zorgde ervoor dat ze op de reis door Georgië . . . met haar geleide de boot in Poti miste. Maar er lag in de haven een kleine Engelse zeilboot. Mw. Blavatsky ging aan boord van dit schip – de Kommodore was de naam, dacht ze – en met veel roebels haalde ze de schipper over in haar plan toe te stemmen.

De Kommodore moest eerst naar Kertsj [op de Krim], dan naar Taganrog aan de Zee van Azov en tenslotte naar Konstantinopel. Mw. Blavatsky boekte passage voor zichzelf en haar bedienden, zogenaamd naar Kertsj. Toen ze daar aankwam stuurde ze haar bedienden naar de wal om kamers te reserveren en alles gereed te maken om de volgende ochtend van boord te gaan. Maar ’s nachts, nu bevrijd van de laatste banden met haar voorafgaande leven, vertrok ze met de Kommodore. . . .

De korte reis schijnt vol avonturen te zijn geweest. . . . De havenpolitie van Taganrog, die bij aankomst een bezoek bracht aan de Kommodore, moest zo worden gemanipuleerd dat ze niet vermoedde dat er een extra persoon aan boord was. De enige beschikbare schuilplaats, tussen de kolen, vond de passagier niet aantrekkelijk en die werd toegewezen aan de kajuitsjongen, met wie ze voor de gelegenheid van rol wisselde, weggestopt in een kooi omdat hij ziek zou zijn. Later, toen het schip in Konstantinopel aankwam, ontstonden er weer moeilijkheden en moest ze overijld in een kaïk* naar de wal vluchten, met medewerking van de steward, om aan vervolging van de schipper te ontkomen. [De aard van de vervolging wordt niet vermeld].

In Konstantinopel had ze echter het geluk zich te kunnen aansluiten bij een Russische dame die ze kende, gravin K[isselev], met wie ze veilig en vertrouwelijk kon omgaan en met wie ze enige tijd in Egypte, Griekenland en andere delen van Oost-Europa rondreisde.102

*Een lichte skiff die op de Bosporus wordt gebruikt.

 


HPB: Het bijzondere leven en de invloed van Helena Blavatsky, blz. 37-40

© 2008  Theosophical University Press Agency
Daal en Bergselaan 68, 2565 AG Den Haag