Theosophical University Press Agency

pagina achteruit Inhoud pagina vooruit

Het begrijpende hart

Eerbied is iets goddelijks. Ik vermoed dat de goden met eerbied zijn vervuld waar wij ons alleen verwonderen en ik denk dat een volwassene eerbied voelt waar een kind zich slechts verbaast. Voor mij is eerbied een teken van vooruitgang in evolutie en voor zover iemand geen eerbied toont, ontbreekt het hem aan wijsheid, want het is veel gemakkelijker kritiek te hebben en te spotten dan te begrijpen, en door te begrijpen eerbiedig te worden. Eerbied groeit snel bij iemand met een begrijpend hart.

Hadden we allen een begrijpend hart, dan zouden de moeilijkste filosofische onderwerpen gemakkelijk voor ons worden. Ik heb ook ontdekt dat als ik geërgerd, verontrust of bezorgd ben, of met een lastig probleem zit, ik nooit hulp ontvang van het brein, maar altijd van het hart. Het hoofd schijnt maar al te vaak de last te verzwaren, omdat het vol zit met fantasieën en vaak met onbenullige problemen; maar het hart begrijpt, omdat in het hart een hoger intellect zetelt dan in het hoofd. Want, als ik het zo mag zeggen, er is meer intellectuele kracht in het hartenleven dan hartenleven in het denken.

Het is niet zo’n wonder dat de Ouden het brandpunt van het gewone bewustzijn van de mens in het hoofd plaatsten, maar zijn ware intellect, zijn begrip, zijn intuïtie, zijn geestelijke vermogens, zijn morele verantwoordelijkheidsgevoel, in het hart.

Zo toonden de Egyptenaren in hun hiëroglifische voorstellingen nooit het wegen van het brein of het hoofd. Ze wogen het hart tegen de lichte veer van de waarheid. Het hart werd gewogen en het is merkwaardig dat in het oude occultisme het hart wordt geacht de hogere delen van de mens te bevatten. Voor het westen zijn deze ideeën tamelijk nieuw omdat wij nog maar weinig van de oude ideële wijsheid hebben behouden, hoewel we zelfs nu nog de waarheid hebben bewaard dat liefde in het hart woont en niet in het hoofd.

In dit verband is het goed hierop te letten: als u eraan twijfelt of iemand van u houdt, let dan op die persoon en als u ziet dat de ander alleen wordt geleid door verstandelijke overwegingen – is het verstandig? word ik er wijzer van? wat zullen anderen van mij denken? – dan kunt u vrijwel zeker ervan zijn dat de genegenheid van die ander voor u niet erg diep gaat. Er bestaat een wijsheid van het hart die instinctief, direct en onvoorwaardelijk is en die vormt een veel grotere bescherming voor de onschuldige en oprechte mens dan het altijd verbrokkelde en louter verstandelijke denken van het hoofd.

Ik geloof dat het grootste geschenk dat de goden ons kunnen geven een begrijpend hart is. Het is altijd bereid te vergeven, het is vol mededogen en naastenliefde; het denkt eerst aan anderen en dan pas aan zichzelf. Het bezit de wijsheid van eeuwen – want het is de goddelijke wijsheid die in ons ademt.

En bedenk wel dat het hart niet hetzelfde is als de emoties. Juist daar struikelen zovelen voortdurend op het pad. Want de emoties staan maar al te vaak in verband met het hoofd, zoals u zult ontdekken en misschien al heeft opgemerkt; maar het hart weet en hoopt altijd tegen beter weten in dat de waarheid wordt begrepen, dat anderen zullen begrijpen en hulp bieden. In emoties brandt een vuur van afgunst, achterdocht en wrok. Wat aan emoties ontbreekt is visie. Als we dus spreken over het begrijpende hart, bedoelen we daarmee nooit de emoties waar sommige mensen mee leven en van zeggen dat het een rijk leven is. Het is een armzalig leven, schraal en altijd verlangend naar meer, want emoties raken nooit verzadigd. Ze zijn als de pisacha’s van het oude India, door zieners beschreven als wezens met een enorm groot (of klein) lichaam, dat door een geweldige dorst of honger wordt verteerd en een mond bezit niet groter dan een speldenknop; zo klein dat geen speld erdoorheen kan; ze lijden honger en dorst en zijn nooit voldaan. Dit geeft een beeld van de emoties en het is merkwaardig dat deze pisacha’s nu juist de astraal belichaamde kamarupische emoties van dode mensen zijn, die tijdens het leven op aarde werden opgebouwd door hen die in hun psychische natuur, het brein en de emoties hebben geleefd.

Het hart is het centrum van de geestelijk-intellectuele fluïden die met het manasische akasa de schedel vullen en de hersenen doordringen. Zij maken de mens compleet en volmaakt als ze volkomen in harmonie zijn en tot één zijn gemaakt. O, vraag de goden om een begrijpend hart en verwezenlijk dat gebed in uw leven door zelf de weg vrij te maken voor de goden die ons dat schenken. Dan is er volop leiding in uw leven, het is vervuld van eerbied en rijk aan vrede. Alle zegen zal u dan ten deel vallen.


Wind van de geest, blz. 117-9

© 2022 Theosophical University Press Agency
Daal en Bergselaan 68, 2565 AG Den Haag