Theosophical University Press Agency

pagina achteruit Inhoud pagina vooruit

Over argumenteren

In gesprek met W.Q. Judge

[‘On argument’, The Theosophical News, Boston, 12 juli 1897, blz. 8]

Ik houd niet van argumenteren. Dit leidt tot een eindeloos labyrint en overtuigt niemand. Want een overtuiging moet vanuit het innerlijke bewustzijn komen dat een waarheid in zich opneemt.

Als u een tegenstander met een argument overtroeft overtuigt u hem van geen enkel feit – behalve dat u beter in staat bent uw eigen standpunt te verdedigen dan hij het zijne. U gaat bij hem weg zonder dat hij de intentie heeft uw theorieën over te nemen; hij gaat juist studeren om zijn eigen theorieën een steviger basis te geven zodat hij uw theorieën beter kan bestrijden.

Het is beter toestemming te vragen om uw argumenten duidelijk naar voren te mogen brengen, vervolgens uw argumenten op tafel te leggen, en over het onderwerp op te houden om de geest van uw tegenstander het een en ander te laten overwegen en tot rijping te laten komen.

Als u een waarheid bezit, en de grond waarin u het zaadje wilt zaaien kan het opnemen, dan zal hij het ontvangen. Is dat niet het geval, dan is het volstrekt nutteloos om over het onderwerp te argumenteren, want u roept daardoor trillingen op van tegengestelde kracht die zowel voor uzelf als voor anderen schadelijk zijn.

U zou ertegen kunnen inbrengen dat Plato puntsgewijs alle tegenstand tegen de theorie van onsterfelijkheid van de ziel bestreed. Dat is waar; maar hoeveel mensen hebben in de daaropvolgende eeuwen geloofd in de onsterfelijkheid van de ziel op grond van de overwinning van de logica, vergeleken met hen die innerlijk steeds meer overtuigd raakten van de milde leringen van Boeddha en van Jezus?

Argumenteren behoort vooral tot het verstandelijke gebied en wordt zelden alleen maar ingezet om de mensheid spiritueel te verheffen.

Als we een hogere opvatting van broederlijke liefde hebben bereikt zal er van argumenteren geen sprake meer zijn, want als een broeder niet ontvankelijk is voor een waarheid waarvan het bewijs is aangetoond, dan is hij niet gereed.

Zaden worden nooit in onbewerkte grond gestampt maar in bewerkte grond gezaaid.


Theosofische inzichten, blz. 542-3

© 2023 Theosophical University Press Agency
Daal en Bergselaan 68, 2565 AG Den Haag