Het Theosofisch Genootschap

Dood en wedergeboorte*

Katherine Tingley

*Uit Katherine Tingley, The Wine of Life, hfst. 3 ‘Death and rebirth’.

In het grote geheel van de natuur wordt een ziel geboren en komt hier als een gast uit de uitgestrekte gebieden van de eeuwigheid; over haar weten we niets anders dan dat ze al eerder heeft geleefd, hier een tijdje verblijft, en weer verdergaat. Waarheen? Wanneer we nadenken over datgene in ons wat onsterfelijk is, dan krijgen we antwoord vanuit de levende stilte, en we weten dat het leven eeuwig is en de dood slechts een stap vooruit betekent naar ruimere gebieden van leven. . . .

Wanneer een ziel zich van het lichaam scheidt, gaat ze niet onmiddellijk verder. Haar oude omgeving houdt haar een tijdje vast. Ze is zich bewust van de pijn van ons verlies; onze rouw belemmert haar vertrek. De grote reis ligt vóór haar. Ze is niet zoals we haar hier kenden, maar groter: alle beperkingen waren voortgekomen uit het hersenverstand, dat nu dood is. Ze wil verdergaan, vooruitgaan en zich ontvouwen. We doen haar onrecht als we haar vlucht belemmeren. We zouden haar zo vrij moeten laten als vogels in de lucht, vrij zoals de Wet dat heeft bedoeld. We zouden van onze geliefden afscheid moeten nemen zonder te treuren, vol vertrouwen, alsof ze slechts op reis gingen, en goed opletten dat we niet gaan denken dat er zoiets als de dood bestaat wanneer er alleen een wedergeboorte heeft plaatsgevonden. Laten onze mentale beelden het tegenovergestelde van treurig zijn – stralend vol van hoop en harmonie, liefde en bloemen – en dan kan ik de vertrekkende ziel bijna een zegening zien terugsturen als ze de wereld van licht binnengaat.

De ziel die heengaat . . . begrijpt hoe onwerkelijk het zojuist afgesloten leven was, en dat al haar handelingen hier zaken betrof die niet waren afgerond. De herinnering is enige tijd levendig en sterk; spiritueel licht wordt geworpen op het pad dat vóór haar ligt; onthuld wordt wat had kunnen zijn en wat nog moet worden gedaan. En de ziel vraagt om een betere kans, om in het licht van de ervaring die ze heeft opgedaan opnieuw te kunnen beginnen, om oude fouten te herstellen, nieuwe pogingen te wagen, met begrip iets nieuws op te opbouwen. En met de aspiratie komt het antwoord: in het goddelijke geheel worden eindeloos kansen geboden.


Uit Impuls (Nieuwsbrief voor leden van het Theosofisch Genootschap), maart 2016, nr. 74.

© 2016 Theosophical University Press Agency